De Amazone staat voor zowel het grootste regenwoud als de machtigste rivier op deze planeet. De Nijl mag dan de langste zijn, met 12 miljard liter per minuut stroomt er nergens ter wereld zoveel water als hier. Op sommige delen is de rivier tientallen kilometers breed! En al dat water bengt leven: wilde dieren en tropische vogels maar ook mensen uit inheemse stammen en dorpjes leven aan de Amazone of een van de duizenden zijrivieren. Welkom in de wereld die je alleen per boot kan verkennen…
Vanuit Foz do Iguaçu is het een korte vlucht naar Manaus, een grote stad in het hart van de Amazone. De stad kent mooie gebouwen uit het koloniale verleden, gebouwd met de opbrengsten van de rubberwinning eind 19de eeuw. We bezoeken o.a. het operagebouw Teatro Amazonas waar een philharmonisch orkest ons vermaakt met klassieke muziek in een prachtig interieur. Er zijn verder parken, kerken, een grote haven aan de rivier met een vismarkt en zelfs een gigantisch voetbalstadion met dank aan het afgelopen WK. Eigenlijk wijst niets in de stad op het feit dat we midden in de jungle zitten, zelfs de muggen geven niet thuis.
Voor een echte Amazone-ervaring moeten we dus niet in Manaus zijn. We ontmoeten Amistrong (beter bekend als Armstrong) als we op zoek zijn naar “something different”. Armstrong is een verkoper van Amazone tours, maar kan voor ons iets uniekers organiseren. Zijn oom Antonio woont met zijn vrouw Maria en diverse kinderen in een agrarisch dorpje aan de Rio Negro, zo’n drie uur stroomopwaarts. In het dorpje wonen 20 gezinnen en Daniel, een man die Engels spreekt. We kunnen een aantal dagen met Antonio en Daniel op pad om te gaan wandelen, roeien, zwemmen, vissen en kamperen. We tekenen bij het kruisje en een dag later zijn we op weg samen met twee Duitse meiden om het Amazone-leven te ervaren.
Als we met een klein vrachtschip aankomen in het dorp staat Daniel ons al op te wachten. Daniel is een tengere man. Van zijn lichaam is af te lezen dat hij een moeilijk leven heeft gehad. Zijn donkere huid is bevlekt met tientallen witte vlekken. Hij vertelt dat het is verbrand doordat hij in de Amazone, op zoek naar goud, terecht is gekomen in een uraniummoeras. Een vinger heeft hij verloren bij een auto-ongeluk. In totaal heeft Daniel naar eigen zeggen 8 keer Malaria gehad en diverse giftige insectenbeten overleefd. Engels heeft hij geleerd toen hij in Europa woonde, o.a. zes jaar in Engeland en veertien in Noorwegen waar zijn tweede ex-vrouw en dochter nog steeds wonen. Na de wereld te hebben rondgereisd is hij nu, op z’n 53e, met pensioen, wonend in een huis die een Australische vriend hier aan de rand van het dorp heeft gebouwd en eens per jaar bezoekt. Slechts af en toe ontvangt Daniel toeristen hier, afgelopen december voor het laatst. Als we zijn huis bezoeken zien we onder zijn hangmat de Bijbel liggen met een volgeschreven notitieblok. Hij is niet gelovig zegt hij, maar bestudeert de Bijbel om Christenen beter te begrijpen en om fouten eruit te halen…
Zoals afgesproken gaan we piranhavissen en in de nacht op zoek naar dieren, we leren over de medicinale werking van planten en de zonsopgang bekijken we vanaf de rivier. Het zijn dingen die we eerder in Bolivia hebben gedaan. Unieker is ons kijkje in het dorpje, rustiek en klein met een voetbalveld, kerk en een schooltje. Daniel vertelt ons dat dat de drie belangrijkste zaken zijn van elk Amazonedorp, in die volgorde. Vrijwel elk huis heeft een schotel en TV en ’s avonds tot een uurtje of 10 zorgt een aggregaat voor stroom. Op zaterdagavond is in het dorp een ronde van de wekelijkse voetbalcompetitie, alle omliggende dorpen doen mee en er wordt gevoetbald, gedronken en geflirt door jong en oud. De prijs voor het winnende voetbalteam is een koe. Het thuisteam van het dorp wint deze ronde.
Op onze laatste avond kamperen we in de jungle. Na een boottochtje en een wandeling hangt Daniel onze hangmatten op en ontfermt Antonio zich over de BBQ-kip. Wij drinken een biertje met Daniel en onze Duitse vrienden als de filosofische gesprekken loskomen en Daniel vertelt over zijn leven. Over hem en zijn verhalen kunnen we een boek volschrijven, maar we houden het op de constatering dat hij een opvallend en bewogen leven heeft gehad sinds hij op zijn 14e zijn stam in de Amazone verliet. Er hangt een geur in de lucht die we kennen van de Amsterdamse koffieshops en als het donker is biedt hij ons het witte poeder aan waar het continent zo bekend om is. Wij slaan vriendelijk af en genieten van de bijzondere plotwendingen in zijn levensverhaal. De nacht is uiteindelijk regenachtig en dus slapen we met z’n zessen onder een plastic zijltje. Daniel is een bijzondere man, ongelofelijk vriendelijk, met veel kennis van de wereld en een sterke mening, maar hij gebruikt volgens ons meer drugs dan hij ons wil doen geloven.
Onderweg terug naar Manaus gaan we nog langs een inheemse stam waarbij de vercommercialisering heeft toegeslagen. Dagelijks komen honderden toeristen, voornamelijk van cruiseschepen, kijken naar rituelen van de stam. Aan het einde van de show worden de armbandjes en kettingen van stal gehaald. Omdat het hier begint te stortregenen en we droog zitten, blijven we langer dan we zouden willen; we zien de show uiteindelijk twee keer, telkens met een nieuwe lading toeristen. Als het enigszins droog is vertrekken we, maar het blijft de hele middag miezeren. Tja, het is ook regenseizoen in de Amazone.
Maandagochtend vertrekken we per boot naar Santarém. Verkoper Armstrong heeft daarbij woord gehouden. Om 7 uur ’s ochtends heeft hij onze hangmatten opgehangen en we hebben ongeveer de beste plaatsen. Onze hangmatten hangen keurig op het bovendek, weg van de WC’s en de luidruchtige bar, handig als je ruim 36 uur op een boot moet doorbrengen. Wij zijn dik tevreden. De vaart is prima, er is eten aan boord en genoeg tijd om te ontspannen en boekjes te lezen. We hadden het al eerder opgemerkt, maar Brazilianen zijn bijzonder nieuwsgierige mensen en voor we het weten hebben we gesprekken met iedereen. Ze delen stukken fruit, noten, açai-sap en verhalen met ons en hierdoor vervelen we ons allerminst. Af en toe zien we grijze en roze dolfijnen uit het water springen. We komen ook door de meeting of the waters, een bizar verschijnsel waarbij de koffie-zwarte Rio Negro en thee-met-melk bruine Rio Solimões samenkomen. De twee soorten water, ontstaan door ontbossing van verschillende bodemsoorten, stromen kilometers lang naast elkaar zonder met elkaar te mengen. Uiteindelijk “wint” de bruine kleur en stroomt het water verder als de Amazone rivier. De boottocht is lang, zeker als we urenlang aangemeerd zijn om 1.200 zakken Braziliaanse noten aan de kade te krijgen, slechts 3 uur voor onze bestemming Santarém. Het is al 11 uur ’s avonds als we aankomen en het duurt nog even voordat we een hotel vinden. Na twee lange dagen in een hangmat is het dunne matrasje prima en voordat we het weten vallen we allebei in een diepe slaap.
De volgende ochtend vertrekken we naar Alter do Chão, een klein uurtje met de bus. Alter do Chão ligt bij Rio Tapajos en Lago Verde, gescheiden door een schiereiland van stralend wit zand. Omdat het regenseizoen is staat het water hoog. Diverse strandtentjes zijn ondergelopen, maar we vermaken ons prima aan het bijzondere strand midden in de Amazone. Het dorpje is klein en heeft vrijwel geen auto’s (waarom zou men ook, alleen Santarém en een paar kleine dorpjes zijn met de auto te bereiken). Er is een gezellig plein waar een jeugdorkest ’s avonds liedjes speelt voor dorpsbewoners en hippies die hun zelfgemaakte armbandjes proberen te verkopen. De straten staan vol met mangobomen en af en toe ploft er eentje op de grond: heerlijk!
Ons rest wederom een reis van zo’n 36 uur in de boot voordat we in Macapá aankomen, bij de mond van de Amazone rivier. Op de Amazone rivier leggen we in totaal in 72 uur meer dan 1400 km af, hangend in onze hangmatten, genietend van de dolfijnen en het gezelschap van de Brazilianen, met bijna geen buitenlandse toeristen. Djim is een uitzondering, deze Nederlandse Surinamer hangt naast ons en we kletsen sinds tijden weer in het Nederlands. Vanuit Macapa vertrekken we in een gedeelde taxi noordwaarts naar Oiapoque, meezingend met de Abba soundtrack, “Thank you for the music!” Morgen steken we de grens over naar Cayenne in Frans-Guyana. We nemen nu dus afscheid van Brazilië. We kwamen het land binnen met een aantal vooroordelen over een hoge criminaliteit, moeilijke communicatie door de Portugese taal en met slechts jungle en strand een minder divers landschap dan andere landen die we bezochten. Maar hier moeten we op terugkomen, Brazilië is een prachtig land en Brazilianen zijn een nieuwsgierig en vriendelijk volk. Het is een mix zoals we nog niet gezien hebben tijdens onze reis: Afro-Brazilianen door de slavenhandel, inheemse Indianen en Europese bezetters, iedereen heeft een andere achtergrond. Het inkomensverschil tussen rijk en arm is een van de grootste ter wereld maar toch lijken de meeste Brazilianen behoorlijk tevreden en trots op hun land. Met een fruit- en groentetuin van formaatje Amazone is de cuisine overweldigend: vlees van de BBQ met Farofa, sapjes en ijs van diverse soorten Amazonefruit zoals Cupuaçu, Açai, Acerola en Carambola, bergen Braziliaanse noten, heerlijke kruiden en dagelijks verse vis uit de rivier zoals Tambaqui, geen dag hoef je hier hetzelfde te eten.
We hebben nog een paar weken te gaan en we kijken langzaam alweer uit naar onze terugkomst. Naar het drinkwater uit de kraan, het doorspoelen van WC papier, het eten van worstenbroodjes, het biertjes drinken met vrienden, het kletsen met familie en het zien opgroeien van ons kleine nichtje en de kinderen van vrienden. We zijn er snel weer bij!
Veel liefs,
Carlijn en Teun
Wederom mooie verhalen die lekker weg lezen! En ook erg fijn dat jullie al bijna weer thuis komen. Ben benieuwd of jullie nog richting Suriname gaan, om alvast in Nederlandse sferen te komen :-)!
Wat een enthousiasme zit er weer in dit verhaal. Ook blijft het contrast tussen arm en rijk overal te vinden. Geniet nog van deze laatste weken en wij kijken uit naar jullie thuiskomst.
Vele groetjes mam en pap.
Wat een mooie verhalen en foto’s weer! Het eten ziet er goed uit! Geniet van de laatste paar weekjes!!!!!!
Tot snel weer:)
Eric & Anne
Dat was weer genieten van jullie prachtige
Amazone verhaal. Het klinkt als een geweldige ervaring, misschien niet met enorm spectaculaire trips maar wel heel puur en echt. Samen dagen in een hangmat geeft een heel speciale band zo te horen aan jullie verhaal.
Wij kijken uit naar jullie thuiskomst want voor ons heeft het lang genoeg geduurd. Jullie mogen nog even genieten van de laatste weken en vanuit Schijndel een dikke knuffel.
Liefs MaPa
wat leuk om te lezen weer echt gave ervaringen die verder gaan dan het standaard boekje. nu is jullie laatste deel aangrbroken. en geniet daar nog net zoveel van want het is meer dan sommige mensen vakantie hebben. . x kim
Ik kan niet ook niet wachten tot jullie weer in Nederland zijn! Tot die tijd moeten we het allemaal maar doen met jullie mooie verhalen!
Wat een ontzettend gave verhalen weer! Wauw wat hebben jullie een mooie reis achter de rug! Geniet nog van de laatste weekjes daar voordat jullie weer terugkeren naar huis. Liefs!
Haha leuk geschreven, en mooie ervaringen hoor! Geniet van de laatste weken want deze zullen wellicht voorbij vliegen.
Nog meer groetjes uit schijndel.wat zullen jullie moeten afkikken.Nog veel plezier.
En? Ook echt Piranya’s gezien?
Goh, wat gaaf dat jullie zo’n special tour hebben gehad in de jungle.
En wat een gave foto van jullie in het water bij zonsondergang, hand in hand.
Het blijft steeds opnieuw weer verkennen, ontdekken en genieten.
Wat een belevenissen! Het zal wel balen zijn dat deze mooie droom bijna over is.
Maar geniet er nog even van!
Groetjes,
Maaike
Pingback: De Surinaamse mix | Carlijn en Teun op reis